Activiteit 1

 
Eindterm 1: De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.

 
  • Activiteit
Rescue Race: Het Grote Eerstehulpspel
 

De leerlingen spelen zelf hulpverlener. Er is een ongeval gebeurd. Ze racen met hun driewieler zo snel mogelijk naar de plaats van het ongeval en proberen het slachtoffer op een correcte manier te helpen. Als ze bij het slachtoffer toekomen, krijgen ze meerkeuzevragen waarop ze zo snel en juist mogelijk moeten antwoorden.  

Bijvoorbeeld:

Speelplaats: Stijn krijgt een voetbal op zijn neus en heeft een bloedneus. Wat zou je doen?

1.       Je laat Stijn zijn neus eens goed snuiten.

2.       Je steekt watten in de neus van Stijn.

3.       Je knijpt Stijns neus 10 minuten lang toe.

De leerlingen duiden het juiste antwoord aan. In deze situatie is dat antwoord 3. Soms heb je materiaal nodig om je slachtoffer te helpen. Dat materiaal moet je gaan halen in het EHBO-lokaal.

Als de situatie is opgelost, racen ze naar de volgende plaats. Bij elke situatie krijgen ze vijf minuten de tijd. Hoe sneller je een situatie oplost, hoe meer punten je krijgt. Op het einde van het spel vullen de leerlingen hun naam in. Op het scorebord kunnen ze hun naam zien en hun punten vergelijken met hun klasgenoten. 
 
 
  • Materiaal

Computer met internetverbinding

https://kids.rodekruis.be/jrkgame/rescuerace.htm

 

  • Verantwoording
Waarom helpt deze activiteit bij het bereiken van de doelstellingen van het vak?                                                                    
 
In de lessen Wereldoriëntatie krijgen de leerlingen EHBO. Met deze activiteit kunnen ze wat geleerd hebben, toepassen in een digitaal spel. In dit spel spelen de leerlingen zelf hulpverlener. Hun kennis van EHBO wordt op een leuke manier getest. 
 
 

Vraag 2: Waarom past deze activiteit bij de leerlingen van het derde leerjaar?

In dit spel worden situaties gegeven die aansluiten bij de leefwereld van de leerlingen. De situaties kunnen ze zelf al eens meegemaakt hebben. De meeste leerlingen hebben al weleens een bloedneus gehad. Ze duiden het juiste antwoord aan op de vraag. Ze weten nu ook wat ze de volgende keer moeten doen als ze op de speelplaats een bloedneus krijgen.

 

Vraag 3: Waarom past deze activiteit bij de gekozen ICT-eindterm?

Deze activiteit zorgt ervoor dat leerlingen een positieve houding ontwikkelen tegenover ICT. Ze ontdekken dat leren ook anders kan, namelijk digitaal. Daarnaast zijn de leerlingen bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren. Als ze iets wat ze geleerd hebben in de EHBO-les vergeten zijn, kunnen ze dat nog eens herhalen via deze activiteit. De Rescue Race ondersteunt de leerlingen bij het leren over EHBO.

 

Vraag 4: Waarom verhoogt deze activiteit de kwaliteit van het onderwijs?

Scholen moeten eerste hulp een volwaardige plaats geven in het gezondheidsbeleid. Door eerste hulp al in de school te geven, bereikt men een veel groter doelplubliek. Het is een basisrecht van de mens om hulp te krijgen in noodsituaties. Iedereen moet in staat kunnen zijn om deze hulp te bieden. Met dit spel ontdekken de leerlingen wat ze moeten doen in bepaalde situaties. Als er dan iets gebeurt op school, weten ze wat ze moeten doen en kunnen ze actie ondernemen.

 

Vraag 5: Hoe zou je dit praktisch aanpakken in de klas?

De klas wordt verdeeld in twee groepen. De leerlingen van de eerste groep verdelen zich over de vier computers. Ze spelen het Rescue Spel en overleggen samen welke antwoorden ze aanduiden. De leerkracht houdt toezicht. De tweede groep gaat naar de turnzaal waar ze een praktische EHBO-les krijgen van een vrijwilliger van het Rode Kruis. Ze leren onder andere meer wat ze moeten doen bij verwondingen en als iemand flauwvalt of niet meer ademt. Na een halfuur wordt er gewisseld.