Activiteit 2
- Activiteit
- Puzzel:
De te maken puzzel verschijnt twee seconden op het scherm. De leerlingen maken deze verkeerspuzzel na door de stukjes te slepen.
- Sorteren:
De leerlingen slepen elk verkeersbord naar de juiste boekentas. Er zijn vijf tassen: je mag niet. wie gaat voor? let op! Je moet. Hier is...
- Kleuren:
De leerlingen geven de verkeersborden de juiste kleur.
- Bordenquiz:
De leerlingen duiden aan of de betekenis bij het bord waar of niet waar is. Als het fout is, kunnen ze het juiste antwoord opzoeken in het informatieboekje door rechtsonder op het vraagteken te klikken.
- Fotopuzzel:
Dit spel werkt zoals de gewone puzzel, alleen worden hier echte foto’s gebruikt.
- Tic-tac-toe:
De leerlingen spelen een memory van de verkeersborden.
- Materiaal
Computer met internetverbinding
https://www.verkeervpi.be/bordenwijs/bordenwijs.htm
- Verantwoording
Vraag 1: Waarom helpt deze activiteit bij het bereiken van de doelstellingen van het vak?
In de lessen Wereldoriëntatie leren de leerlingen over het verkeer. Met behulp van deze spelletjes verrijken ze hun kennis over de verkeersborden.
Vraag 2: Waarom past deze activiteit bij de leerlingen van het derde leerjaar?
Veel leerlingen komen met de fiets naar school. Het is dus belangrijk dat ze de verkeersregels kennen.
Vraag 3: Waarom past deze activiteit bij de gekozen ICT-eindterm?
De leerlingen gebruiken ICT op een veilige manier. Het enige wat ze moeten doen is de juiste antwoorden aankruisen. Het doel van de quiz houdt in dat de leerlingen zich leren begeven in het verkeer als fietser.
Vraag 4: Waarom verhoogt deze activiteit de kwaliteit van het onderwijs?
De leerlingen krijgen lessen verkeer op school. Ze leren hoe ze zich in het verkeer moeten verplaatsen. Met deze spelletjes wordt hun kennis over de verkeersborden getest.
Vraag 5: Hoe zou je dit praktisch aanpakken in de klas?
De leerlingen worden over de vier computers verdeeld. Ze spelen samen de puzzel, het sorteren, de kleuren, de fotopuzzel en de memory. Als ze voldoende geoefend hebben, spelen de leerlingen de verkeersquiz. Elk groepje kiest een groepsnaam. De leerlingen lossen samen met hun groep de quiz op. Het groepje met de meeste punten is de winnaar. De winnaars krijgen een fluohesje.